Home
Hielmerk voor pijpenmakerij De Goudse Pijp
Pijpenmakerij De Goudse Pijp heeft nu ook
een eigen hielmerk (maart 2013)
Hieronder een afbeelding van dit merkteken, dat in het vervolg op de Goudse kleipijp
is te vinden gemaakt door de Pijpenmakerij De Goudse Pijp.
Hielmerk (eigen merkteken) Naarmate de vaardigheden van de pijpmakers toenamen en de markt kwaliteit meer gaat waarderen ontstaat er een behoefte om de pijpen van een eigen merkteken te voorzien.
In eerste instantie betreft het vaak een eenvoudig figuur aangebracht
onder op de hiel van de pijp.
Later ontwikkelt men echte stempeltjes met daarin de initialen
van de maker dan wel een afbeelding.
Twee letters In eerste instantie volstond men met maximaal 2 letters.
Toen de combinaties uitgeput raakten zocht men naar alternatieven.
Die werden gevonden in het gebruik van 3 of soms wel 4 letters
of ook wel uit cijfercombinaties.
Er ontstond al snel een soort merkentrouw van
pijphandelaren en pijprokers.
Sommige gewilde merken werden dan ook al snel verhuurd
of verkocht dan wel nagemaakt.
Gilden De officiële gilden (met name in Gouda en Amsterdam)
hielden daarom een registratie bij van merken en de eigenaren daarvan.
Er werd regelmatig door een vertegenwoordiger van het gilde
gecontroleerd of pijpmakers zich niet schuldig maakten aan het gebruik
van merken die aan een collega toebehoorden. Uiteraard werkte dit alleen in
steden die onder de jurisdictie van "Holland" vielen.
Elders in het land, maar ook in het buitenland, werden de populaire
merken in grote aantallen nagemaakt. Gouda deed nog een extra poging
om in ieder geval binnen Holland herkenbaar te blijven door bij de
beste kwaliteit pijpen ("de porceleijene pijpen"), de hiel aan de zijkant
ook nog eens te voorzien van een afdruk van het wapen van Gouda.
De mindere kwaliteiten kregen boven het wapen de letter "S" ("slegte")
toegevoegd.
Helaas voor Gouda werd ook dit kenmerk buiten Holland naar hartelust nagemaakt.
Ontstaan Goudse Pijp
De eerste pijpenmakers brachten zonder twijfel hun gereedschap en pijpenmallen mee uit Engeland, zodat hun pijpen nauwelijks afweken van ingevoerde exemplaren. Deze pijpen hadden een elegante vorm, waren gering van afmeting en hadden een ruw oppervlak. De bovenzijde van de kop (de ketel) was zonder verdere afwerking recht afgesneden. Op de hiel (het uitsteeksel onder de ketel) kwam soms al een merk in de vorm in de vorm van een roos, een simpel lettermerk of een patroontje. De na ca 1620 gemaakte pijpen beginnen een eigen karakter te krijgen; een buikige ketel, betere afwerking en een vorm van versiering door streepjespatronen.

Enkele pijpfabrieken ontwikkelden zich in de 19e eeuw tot aardewerkfabrieken o.a. Goedewaagen en de familiebedrijven Van der Want.
1686 Goudse pijpenmarkt opgericht
1686 pijpenmarkt
Na een conflict met de Amsterdamse pijpenmarkt over staangeld werd in 1686 de Goudse pijpenmarkt opgericht. De vroedschap besloot toen onmiddellijk over te gaan tot oprichting van een Donderdagse pijpenmarkt aan de Nieuwehaven te Gouda. Het was dan ook voor alle gildebroeders verboden om elders anders pijpen aan te bieden. Er werd een speciale keure opgemaakt ,,Rakende het kopen ende verkoopen van pijpen, binnen de Stad”. Buiten de markt en den marktdag was het den pijpmakers verboden pijpen te verkoopen.
Bron: G.C. Helbers Goudsche Pijpen Groene Hart Archieven (Gouda)
werktuigen pijpenmakerij
Vorm geven aan de gerolde klei in een persvorm zoals weergegeven.
Het afwerken van de Goudse pijp
Dit werk, meestal uitgevoerd door vrouwen welke trimsters werden genoemd.
Hierbij worden beschadegingen en rest materiaal verwijderd.
Het bewerken van de pijp gebeurt met een schenker. Dit werktuig heeft zijn naam te danken aan het feit det het de vorm heeft van een schenkertje.